Blog

"Grote prestaties beginnen altijd langzaam"

Groei in de shorttrackwereld. Jeroen Otter (55), bondscoach van het Nederlands shorttrackteam en vroeger ook shorttracker, is één van de sprekers op het Management Event. In deze blog licht hij vast een tipje van de sluier op.

Auteur: Rianne Nieuwenhuize

Datum: 28.10.2019

Shorttrack in de kinderschoenen

Jeroen werkt sinds 2010 voor het Nederlands shorttrackteam. Daarvoor werkte hij jarenlang in Noord-Amerika als coach. Hij werd naar Nederland gehaald met de opdracht om groei te bereiken in het shorttrack, dat toen nog in de kinderschoenen stond. “Het was de bedoeling dat shorttrackers net zo goed zouden gaan presteren als de langebaanschaatsers. Binnen een jaar zat ik op een inspirerend congres in Finland waar duurzaam presteren in sport centraal stond.”

Jeroen leerde hier inzichten die hij nu nog toepast als bondscoach:

  • Zonder faciliteiten geen groei. Sven Kramer werd in Friesland geboren vlakbij een grote Friese ijsbaan. Dat vergemakkelijkte zijn groei als schaatser. Als hij in Limburg was geboren was hij vast een goede wielrenner geworden.
  • De erkenning die een sport met zich meebrengt moet je niet onderschatten. Voor de ontwikkeling van een sport is aanzien en erkenning van groot belang. Een langebaanschaatser krijgt meer voor elkaar dan iemand uit een andere, kleine niet in het oog springende sporten. Tien jaar geleden had shorttrack dit aanzien nog niet, maar nu wordt shorttrack gezien als een stoere en gave sport. Dat helpt in de beleving!
  • Grote prestaties beginnen altijd langzaam. Als iemand een grote prestatie haalt, hebben omstanders vaak het idee dat deze sporter uit het niets tot grote hoogte komt. Maar niets is minder waar. Vaak traint deze sporter al jaren om dit te presteren. Maar daar is vaak geen informatie over beschikbaar. Simpelweg omdat de media hier niet over schrijven.

Klaar voor een grote prestatie
Naast objectieve metingen zoals tijden, hartslagen en bloedwaardes, wordt tegenwoordig veel meer naar subjectieve waarden gekeken bij de shorttrackers.  Zo moeten zij nu dagelijks, digitale lijsten invullen hoe ze zich voelen, en aangeven of de training van de dag ervoor tot het gewenste effect heeft geleid. “Hierdoor krijgen we een beeld hoe de shorttracker zich voelt. Mocht hij niet goed in zijn vel zitten, verzetten we bepaalde activiteiten. En pakken we vandaag iets anders op. We kijken dus meer naar de lange termijn en of iemand écht klaar is voor een grote prestatie. Bij de Olympische Spelen komt het er echt op aan dat iemand onder druk kan presteren, en daar komt uiteraard veel spanning bij kijken."

Samen kom je tot grote prestaties

Daarnaast geeft Jeroen aan dat de hele staf betrokken wordt bij problemen/incidenten rond schaatsers. Als er een shorttracker is met gezondheidsproblemen, wordt in het team gekeken wie er verantwoordelijk is. Wie reageert? Moet er iets aan de voeding worden gedaan bijvoorbeeld. Is er al een fysio ingeschakeld? "De coach is altijd eindverantwoordelijk", lacht Jeroen. Maar samen kom je tot grote prestaties. Zo worden beslissingen ook meer gedragen door de hele ploeg.

Verschillende prikkels
Tenslotte, hoe groot is de rol van de coach bij shorttrack? Jeroen: “Het is vooral belangrijk om schaatsers dagelijks verschillende prikkels te geven. Wanneer je iemand een maand lang dezelfde prikkel geeft, gebeurt er niets meer. De kunst is dus om sporters door een veranderende omgeving verschillende prikkels toe te dienen.” Nog een laatste oneliner van Jeroen: "Als je denkt dat avontuur gevaarlijk kan zijn, bedenk dan dat routine dodelijk is."